Als je met 3 of meer collega’s tegelijkertijd aanmeldt voor dezelfde cursus op een locatie is er groepskorting mogelijk! Neem dan contact met ons op.

vanmiddag (5 juni) van 13:00 tot ongeveer 14:00 uur zal de website niet beschikbaar zijn i.v.m. onderhoud.

Gedragsverandering voor de lange termijn

Gedragsverandering voor de lange termijn

Naast de curatieve zorg die wij als fysiotherapeut leveren, is er vandaag de dag steeds meer aandacht voor preventie. Het voorkomen van bepaalde ziektes en aandoeningen of het verergeren ervan, dwingt ons om ook te kijken naar iemands algehele leefstijl. Door het maken van duurzame aanpassingen in iemands leefstijl, kunnen veel klachten voorkomen of verminderd worden. De Gecombineerde Leefstijlinterventie (GLI), die steeds meer wordt toegepast door fysiotherapeuten, is hier een mooi voorbeeld van. Daar waar GLI gebaseerd is op gedragsverandering, is het interessant om stil te staan bij de factoren die hierop van invloed zijn. Wanneer wij weten welke factoren een rol spelen bij gedragsverandering op de lange termijn, kunnen we hier rekening mee houden binnen ons fysiotherapeutisch handelen.

Doel van het onderzoek

In de systematic review van Kwasnicka en collega’s (2016)[i], Theoretical explanations for maintenance of behaviour change: a systematic review of behaviour theories, zijn honderd studies opgenomen. Doel van het onderzoek was om vanuit deze studies te bekijken wat de belangrijkste, theoretische aspecten van duurzame gedragsverandering zijn. Het veranderen van gedrag betekent dat het huidige, dominante gedrag wordt vervangen door nieuw gedrag. Dit nieuwe gedrag, denk bijvoorbeeld aan meer bewegen, wordt na een tijd uiteindelijk dominant in verschillende contexten. Echter blijft er altijd risico bestaan op terugval. Vanwege dit gegeven is het van belang om de factoren die van invloed zijn op het consolideren van het nieuwe gedrag, wat leidt tot duurzame gedragsverandering, helder voor ogen te hebben. De review van Kwasnicka en collega’s (2016) maakt daarbij onderscheid tussen vijf verschillende thema’s: motieven voor gedragsbehoud, zelfregulering, gewoontes, individuele mogelijkheden en invloed vanuit de fysieke en sociale omgeving. Aan de hand van deze thema’s worden de belangrijkste bevindingen hieronder beschreven.

Motieven voor gedragsbehoud

De motieven om gedrag te veranderen blijken anders te zijn dan de motivatie om nieuw gedrag vol te houden. Zo spelen verwachtingen over de effecten op lange termijn vooral een rol bij het overwegen en starten van de gedragsverandering. Bijvoorbeeld: iemand wil meer gaan bewegen om de kans op hart- en vaatziekten in de toekomst te verkleinen. Verschillende gedragstheorieën beschrijven dat terugkerende, positieve bevestiging en/of beloning essentieel is bij duurzame gedragsverandering. Hierbij kan bijvoorbeeld gedacht worden aan het plezier wat iemand ervaart tijdens bewegen, of de effecten die iemand ervaart door meer te bewegen (denk aan meer energie, ontspanning of gewichtsverlies). Wanneer deze effecten aansluiten op de verwachtingen die iemand van het nieuwe gedrag had, versterkt dit de motivatie om het nieuwe gedrag vol te houden. Vanuit de self-determination theory van Deci & Ryan wordt daarbij gesteld dat intrinsieke motivatie, vanuit de persoon zelf, een sterkere invloed heeft op lange termijn gedragsverandering dan extrinsieke motivatie.

Daarnaast is het van belang dat het nieuwe gedrag aansluit bij iemands persoonlijke identiteit, gedachten, waarden en wordt ervaren als persoonlijk relevant. Gedragsverandering gaat gepaard met nieuwe ervaringen die iemand opdoet waardoor gedachten en ideeën over de eigen identiteit vaak veranderen. Iemand die zichzelf voorheen als niet-sportief beschouwde, kan door te gaan sporten zichzelf als sporter gaan zien. Deze nieuwe gedachten en veranderde identiteit blijken de gedragsverandering op lange termijn te versterken.

Zelfregulatie

Zelfregulatie binnen gedragsverandering wordt gezien als de mate waarin een persoon zelf controle uitoefent om het oude, automatische gedrag te vervangen door nieuw, doelgericht gedrag. Dit is met name van belang wanneer het nieuwe gedrag nog geen automatisme is. Vooral wanneer de motivatie om het nieuwe gedrag vol te houden afneemt, kan zelfregulatie helpen. De mate van zelfregulatie waarover een persoon beschikt is afhankelijk van vaardigheden zoals plannen, bewustwording van oude gewoonten en het omgaan met terugvallen in oud gedrag. Ook invloeden vanuit de sociale omgeving spelen daarbij een belangrijke rol. Het zelfreguleren van lange termijn gedragsverandering vraagt veel tijd, herhaling en ondersteuning vanuit de omgeving. Als fysiotherapeut kun je bijvoorbeeld ondersteuning bieden bij het ontwikkelen van gerichte copingstijlen, waardoor de cliënt leert omgaan met invloeden vanuit de omgeving.

Gewoontes

Gewoontes zijn automatische gedragingen die gekoppeld zijn aan bepaalde cues (signalen). Zo kan iemand gewend zijn om na het avondeten direct op de bank televisie te gaan kijken, om vervolgens de hele avond te blijven zitten. Gewoontes zijn vaak sterk ingesleten, wat het moeilijk maakt om deze te veranderen. Bij het inzetten van gedragsverandering kan het helpen om de cues, die leiden tot het oude gedrag, weg te halen en nieuwe cues hiervoor in de plaats te brengen. Bijvoorbeeld: trek voor je gaat eten alvast je wandelschoenen aan zodat je na het avondeten direct naar buiten kunt voor een wandeling. Het aanleren van nieuwe gewoontes vraagt veel herhaling in een specifieke context of situatie, waarbij het herhaaldelijk aanbieden van cues helpend is. Op die manier wordt het nieuwe gedrag uiteindelijk een automatisme en is de kans op lange termijn gedragsverandering groter.

Individuele mogelijkheden

Het bewerkstelligen van duurzame gedragsverandering is ook afhankelijk van iemands individuele mogelijkheden. Het succesvol inzetten van zelfregulatie en het aanleren van nieuwe gewoontes is afhankelijk van iemands fysieke en mentale mogelijkheden. Wanneer iemand vermoeid is, zich ziek voelt of veel stress ervaart, kan dit de mogelijkheden om gedrag duurzaam te veranderen beperken. Deze individuele mogelijkheden zijn onderhevig aan verandering, wat maakt dat het moment maar ook de gestelde doelen voor gedragsverandering hierop moeten worden afgestemd.

Invloed vanuit de fysieke en sociale omgeving

Verschillende gedragstheorieën beschrijven de sociale en fysieke omgeving als bepalende factoren voor gedragsverandering. Zo kan sociale steun, vooral door personen waarmee iemand een vertrouwensband heeft, de individuele mogelijkheden voor gedragsverandering vergroten. Echter kan de sociale omgeving ook een beperkende factor zijn. Wanneer het nieuwe gedrag niet aansluit bij de sociale gewoontes en sociale normen en waarden, is de kans op duurzame gedragsverandering kleiner. Ook de fysieke omgeving waarin iemand leeft, speelt een rol bij gedragsverandering. Wanneer de fysieke omgeving hetzelfde blijft, blijven de cues ook hetzelfde waardoor oude gewoontes worden versterkt. Het aanleren van nieuwe gewoontes en nieuw gedrag blijkt makkelijker te gaan wanneer de fysieke omgeving verandert en de fysieke omgeving voldoende stimulerend is. Daarbij kan gedacht worden aan een beweeg- of sportgroep bij de fysiotherapiepraktijk op de hoek.

Conclusies en aanbevelingen

Vanuit verschillende gedragstheorieën blijkt dat er voor gedragsverandering op de lange termijn vaak andere factoren een rol spelen dan bij het initiëren van gedragsverandering. De complexiteit en het groot aantal factoren die een rol spelen bij het tot stand komen van duurzame gedragsverandering, maakt duidelijk waarom mensen hier hulp bij nodig hebben. Het inzetten van GLI of andere, fysiotherapeutische (beweeg)interventies kan daarbij helpend zijn. Kwasnicka en collega’s (2016) raden binnen gedrags- en gezondheidsbevorderende interventies aan om: mensen te helpen bij het volhouden van nieuw gedrag door te focussen op de positieve en inspirerende ervaringen, ondersteuning te bieden bij het omgaan met terugval en gezonde mogelijkheden te faciliteren.

[i] Kwasnicka D, Dombrowski SU, White M, Sniehotta F. Theoretical explanations for maintenance of behaviour change: a systematic review of behaviour theories. Health Psychol Rev. 2016 Sep;10(3):277-96. https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC4975085/